Motortest – Triumph Rocket 3 R versus Rocket 3 GT (2020)

Op dieet

Er bestond al een Triumph Rocket III, maar van deze eerste generatie zie je er niet veel. Die was nogal zwaar. Heel zwaar zelfs, want het gewicht kroop eenvoudig richting de 335 kilogram. Triumph heeft hem op dieet gezet en het resultaat is de nieuwe Rocket 3. Het oudste motormerk ter wereld past een nieuw aluminium frame en gegoten en gesmede componenten toe waardoor het gewicht nu 40 kilogram lager uitvalt.

Lichter

Oke, dus de nieuwe Rocket 3 is nu lekker licht? Nee, dat niet. Hij is lichter, dat wel. Het gewicht van de Rocket 3 R bedraagt 291 kilogram. De Rocket 3 GT blijft door wat extra uitrusting steken op 294 kilogram. Dat zijn best nog heel wat kilo’s, maar nog altijd minder dan de 303 kilogram van een Harley-Davidson FXDR 114 met ‘maar’ tweecilinders en 1.868 cc. Eigenlijk illustreert dat maar al te goed dat Triumph een huzarenklus heeft verzet door een motor met een nog dikker blok onder de 300 kilogram te krijgen.

“De Rocket 3 in de garage duwen? Even je spierballen laten zien.”

Laat die spierballen maar eens zien

Dat hogere gewicht is vooral merkbaar bij langzame manoeuvres of wanneer je de machine in de garage duwt. Dan moet je even je spierballen laten zien, ook omdat de stuuruitslag beperkt is en de Rocket 3 een forse lengte heeft.

Atletisch zwaargewicht

Wie de machines ziet staan, zou kunnen denken dat daar nauwelijks mee te rijden valt. Maar het tegendeel is waar. Als de Rocket eenmaal rolt, dan voelt hij aan als een middelzware naked. Echt, de Rocket 3 is zelfs best wendbaar: een atletisch zwaargewicht dus. En vooral dat aspect verrast enorm. Hij wint snel je vertrouwen en je kunt met gemak een veel lichtere naked bijhouden.

“Je kunt met gemak een veel lichtere naked bijhouden.”

Rubber in overvloed

Gooien en smijten is heel goed mogelijk. Dat komt niet alleen door het extreem brede rubber onder deze giganten, maar ook omdat het motorblok mooi laag in het frame is geplaatst. Daardoor ontstaat een laag zwaartepunt en dat is goed voor de wegligging. Om nog even terug te komen op de banden. Ze komen van het Britse Avon en zijn speciaal voor de Rocket 3-modellen ontwikkeld. Ze hebben een gave Cobra-afdruk in het rubber, erg fraai. De voorband meet 150/80 R 17 en achter is zelfs sprake van een 240/50 R 16-band. Menige sportauto heeft minder breed rubber.

Veel grip?

Extreem veel grip dus? Jazeker, maar dat kan deze krachtcentrale op wielen gebruiken. Het is oppassen geblazen als je de gaskraan vol opendraait, want in twee en drie is er bij abrupt volgas kans op doorslippen van het achterwiel, hoe breed dat ook mag zijn.

“2.500 cc, maar dat getal is wel naar boven afgerond.”

Wat een stevige push!

Het is vooral het koppel waar je figuurlijk gesproken stijl van achterover slaat. Niet normaal, alsof Muhammed Ali op volle kracht een stoot in je rug geeft. Wat een stevige push. Maar we hebben dan ook te maken met een bijzonder motorblok. Dames en heren: de Triumph Rocket 3 R en Rocket 3 GT hebben de grootste productiemotor ter wereld. Een sierplaatje op de zijkant van het motorblok vermeldt de inhoud: 2.500 cc. Nu is dat niet helemaal waar overigens, het is naar boven afgerond.

Slagvolume

Officieel heeft deze driecilinder in lijn benzinemotor een slagvolume van 2.458 cc. Bedenk even hoe groot die cilinders zijn, die hebben meer inhoud dan een wijnfles. Indrukwekkend. Het blok piekt bij 6.000 toeren per minuut en levert dan 167 pk. Maar nog indrukwekkender is het motorkoppel: 221 Nm bij 4.000 toeren per minuut. Zelfs bij 2.000 toeren per minuut is de krachtsexplosie intens. De driecilinder ademt uit via een 3-in-1-uitlaatsysteem met 3 einddempers. Aan de ene kant bespeuren we twee uitlaten, aan de andere kant nog eentje.

Triumph Shift Assist

Schakelen doe je met een zesbak. Schakelen met koppeling vraagt om een stevige hand. Deze machine verdient de optionele Triumph Shift Assist, waardoor je voor het schakelen de koppeling niet hoeft in te knijpen. Voor ongeveer 450 euro krijg je dan een systeem dat voortreffelijk door alle versnellingen snelt. Een prachtig stukje techniek. Het vermogen wordt overgebracht op het achterwiel via cardanaandrijving, dus onderhoudsarm.

“Schakelen met koppeling vraagt om een stevige hand.”

Troebel

Even een paar zaken om rekening mee te houden: het beeld in de zijspiegels wordt troebel op hogere snelheden door vibraties of wanneer je gas geeft. Manoeuvreren met de fiets aan de hand is wat lastig door het hogere gewicht, de grote banden en de beperkte stuuruitslag.

Dezelfde machines?

Overall zijn de Triumph Rocket 3 R en Rocket 3 GT gewoon dezelfde machines. Het zijn de kleine details die van de 3 R meer de hooliganbike maken en van de 3 GT meer de toermachine. De Rocket 3 GT heeft bijvoorbeeld een comfortabele rugsteuntje zodat de passagier achterop comfortabel blijft zitten.

Triumph Rocket 3 R versus Rocket 3 GT (2020) – Test MotorRAI.nl – MotorRAI TV

Zithouding

Het grootste verschil tussen deze twee machines zit hem in de zithouding. De zithoogte van de 3 R bedraagt 773 mm en die van de 3 GT komt uit op 750 mm. Bij de Rocket 3 R staan de voetensteuntjes veel verder naar achteren en staat het stuur meer in een racy houding. Zodoende ontstaat een actievere zitpositie, vergelijkbaar met die van nakeds. Door die houding daagt de machine je automatisch uit om wat wilder te rijden. De machine kan het, zodoende betrapten wij ons er ook op dat we steviger doorreden op de 3 R.

“Het zijn de kleine details die van de 3 R meer de hooliganbike maken.” 

Meer ontspannen

De Triumph Rocket 3 GT biedt een meer ontspannen zithouding. De voetsteunen zitten ver naar voren en het stuur is meer naar de rijder toegebogen waardoor je meer ‘hangt’. Vooral op de langere afstanden is dit een zeer fijne zithouding. Lekker ‘lay back’ zitten op het fijne, zachte zadel en de kilometers vliegen automatisch op een comfortabele manier onder je door.

Brandstofverbruik

Tijdens die langere toerritten gaat pas opvallen dat het brandstofverbruik van de driecilinder reuze meevalt. We kwamen uit op gemiddeld 1 op 17,5. Constant 100 km/u op de snelweg trakteert je op 1 op 22. En dat is simpelweg heel knap, zeker gezien het hogere voertuiggewicht en de cilinderinhoud. Dankzij een flinke tankinhoud van 18 liter kun je in theorie dus 300 kilometer afleggen op een volle tank, al lijkt net iets meer dan 230 kilometer realistischer.

“Op de Rocket 3 GT is het lekker ‘lay back’ zitten.”

Veercomfort

Het veercomfort is van hoog niveau. Triumph past vooraan een Showa 47 mm upside-down voorvork toe met 190 mm veerweg. Achter bespeuren we een volledig instelbare Showa piggyback RSU met hydraulische voorspanningsafstelling op afstand. De veerweg achter is met 107 mm wel aanzienlijk kleiner, maar toch nog voldoende om niet oncomfortabel te worden.

Brembo-power

Indrukwekkend zijn de remmen. Dat moet ook wel, want ze moeten de nodige kilogrammen tot stoppen dwingen. Triumph winkelt bij Brembo en installeert vooraan Stylema radiale monoblock-remklauwen met vier zuigers. Die geven een krachtige indruk. Wie de voorrem gebruikt, activeert automatisch ook de achterrem. Hoe harder je remt, hoe meer de achterrem bijspringt. Zodoende voelt de Triumph heel mooi in balans bij remacties. De achterrem komt ook van Brembo. Remmen in bochten is geen probleem, want bochten-ABS houdt dit bakbeest prachtig onder controle.

Afwerkingsniveau

Wat ook opvalt bij de Triumph Rocket 3 R en Rocket 3 GT is het hoge afwerkingsniveau. Beide zijn schitterend afgewerkt. De voetsteuntjes voor de passagier zijn bijvoorbeeld fraai weggewerkt in het frame van de machines. Verder is het motorblok zelf een absoluut juweeltje, niet alleen om te zien, maar ook om te horen. Er klinkt een imponerend, donkerbruin geroffel uit de drie uitlaten.

“Indrukwekkend zijn de remmen. Dat moet ook wel gezien het gewicht.”

Display

Het multifunctionele TFT-display kennen we al van andere Triumph-modellen en is goed afleesbaar. Alles wat je wilt hebben op een moderne motorfiets, zit er standaard op. Denk aan een digitale snelheidsmeter, boordcomputer, digitale toerenteller, versnellingsindicator, brandstofmeter, onderhoudsindicator, omgevingstemperatuur, klok en diverse rijstanden.

Rijmodi

Over die rijmodi gesproken: er is keuze uit Rain, Road, Sport en Rider. In Rider kun je zelf een rijmodus samenstellen. De standen Rain, Road en Sport zijn door Triumph al voorgeprogrammeerd. De stand Road werd het vaakst gebruik tijdens de test omdat de motorfiets in deze rijstand het meest fijn aanvoelt in het Nederlandse verkeer. Niet te nerveus, ook weer niet te traag. Precies goed. Wie sportiever wilt rijden selecteert standje Sport. Het gigantische motorblok is dan extra alert en spoort je aan tot gasgeven.

“Goedkoop is de Rocket 3 niet, maar compleet zeer zeker.”

Concurrentie Triumph Rocket 3

Concurrentie heeft de Rocket 3 genoeg. En ze zijn allemaal net zo prijzig als deze Triumphs. De Triumph Rocket 3 R begint bij 26.500 euro en voor de Rocket 3 GT brengt Triumph 27.800 euro in rekening. Een Ducati Diavel 1260 is een alternatief. Die heeft 159 pk, 129 Nm en weegt 218 kilogram. Prijskaartje: 24.290 euro. Kies voor je voor een XDiavel 1260 S met 152 pk, dan ben je al 28.590 euro kwijt. En dan moet het strepen op de optielijst nog beginnen.

Voor een Harley-Davidson Fat Bob betaal je 20.900 euro, maar die heeft niet de power van deze Triumph. Dan is er ook nog de FXDR 114, ook van HD. Die kost 26.200 euro. Triumph is in dit geval niet de goedkoopste, maar het merk levert in één keer wel een zeer complete motorfiets met nagenoeg alle toeters en bellen. Wat dat betreft is de Rocket 3 dus best een goede deal. Zelfs cruise control zit er standaard op.

Concurrentie op een rij

• Ducati Diavel 1260: 24.290 euro – (159 pk, 129 Nm, 218 kilogram)
• Ducati Diavel 1260 S: 27.190 euro – (159 pk, 129 Nm, 218 kilogram)
• Ducati XDiavel 1260: 24.890 euro – (152 pk, 126 Nm, 220 kilogram)
• Ducati XDiavel 1260 S: 28.590 euro – (152 pk, 126 Nm, 220 kilogram)
• Harley-Davidson Fat Bob – 20.900 euro
• Harley-Davidson FXDR 114 – 26.200 euro

“Een imponerend, donkerbruin geroffel klinkt er uit de drie uitlaten.”

Conclusie

Lomp? Absoluut niet! Wat dat betreft laten de Triumph Rocket 3 R en Triumph Rocket 3 GT zich het beste vergelijken met The Hulk. Deze groene reus geeft wellicht een wat lompe en slome indruk als je hem voor het eerst ziet. Maar als je hem beter leert kennen, dan blijkt die een bijzondere vriendelijke kant te hebben. En als je hem boos maakt, dan is ie wendbaarder en krachtiger dan je denkt. Een absolute voltreffer voor Triumph. Machtig in meerdere opzichten. Prijzig, dat wel. Maar zo leuk. De looks, de power, het comfort. Het plaatje klopt. Het verhaal ook, want je mag enthousiaste omstanders telkens uitleggen dat ze kijken naar een motorfiets met het grootste motorblok ter wereld.

Testnotitie Wim Otten

“Zelden heb ik meegemaakt dat een motor zoveel aandacht trekt. De Triumph Rocket 3 lonkt zelfs ogen van mensen die helemaal niets met motorfietsen hebben. Ik begrijp dat wel. Het lukt gewoon niet om je ogen af te wenden van dat gigantische motorblok. Zo imposant is dat. Een visueel lusthof is het, passend bij de langgerekte postuur van deze motor, de brede tank en de vele matglanzende aluminium en kunststof delen.

De naam Rocket 3 stamt van de BSA Rocket III uit 1968, die technisch gelijk was aan de toenmalige Triumph Trident 750. Een gevalletje heel vroege badge-engineering was dat. Elke gelijkenis van de Triumph Rocket 3 gaat mank. Deze krachtpatser doet mij eerder terugdenken aan een motorische kleerkast die begin jaren negentig de gemoederen op hol deed slaan, zowel bij motorrijders als niet-motorrijders. Dat was de Yamaha V-MAX met V-blok van 1.198 cc en 145 pk vermogen. Door een bewegende vlinderklep kreeg elke cilinder boven de 6.000 toeren voeding van twee carburateurs tegelijk en dat zorgde voor veel trekkracht en een banden vretende acceleratie.

“De driecilinder gromt vervaarlijk en de snelheid zwelt in rap tempo naar hoogst illegale waarden.”

De Rocket 3 is ten opzichte van die V-MAX van een andere planeet. Meer dan twee keer zoveel cilinderinhoud en 80 procent meer koppel zorgen hier voor een raketachtige acceleratie bij gas open. De driecilinder gromt vervaarlijk en de snelheid zwelt in rap tempo naar hoogst illegale waarden. De remmende factor is de tegenwind. Door het ontbreken van enige bescherming hou je de moordende kracht en snelheid gewoonweg niet lang vol. Dan zak je terug naar matig cruisetempo en dat bevalt. Dan ben je in je element, dan is de Triumph in zijn element en bromt hij als een dieselende Scania naar verre oorden. En als je dan toch even onderweg die kronkelroute door heuvelland opzoekt, dan verrast de Rocket met een stabiel bochtengedrag en licht sturen. Ongekend hoe monsterachtige proporties zich zo makkelijk laten temmen.”

Motortest – Triumph Street Triple RS (2020)